Fauré maakte een pianotranscriptie van de 'Pavane', maar herzag later zijn oorspronkelijke orkestschets. Howat's nieuwe transcriptie blijft trouw aan de geest van Fauré's arrangement. De voorrede citeert uit de herinnering van Sir Adrian Boult dat Fauré de voorkeur gaf aan (en het stuk speelde in) een tempo dat aanzienlijk sneller was dan de nogal droevige interpretaties die men vaak hoort.
Bewerkt en gearrangeerd door Wendy Hiscocks en Roy Howat
Fauré componeerde de Pavane in de zomer van 1887, oorspronkelijk als een puur orkeststuk voor de concertreeks van de Parijse dirigent Jules Danubé. Om een of andere reden liet Danubé het onuitgevoerd, een misrekening die hij later ongetwijfeld betreurde toen het stuk immens populair werd in verschillende vormen voor orkest of piano, met of zonder zang.
In 1975, in brieven aan Robert Orledge, herinnerde Sir Adrian Boult zich dat hij Fauré had ontmoet en hem had horen spelen in het Londense huis van Leo Frank Schuster in 1906 en 1908. Sir Adrian besluit:
"Mag ik u vragen alles in het werk te stellen om te voorkomen dat de Pavane wordt uitgevoerd alsof het een stuk Duitse Romantiek is, geschreven door iemand als Schumann met een volle portie sentiment. De woorden zijn duidelijk een grap, en de scène is een aantal jonge mensen die dansen en elkaar plagen…"